Overview
Each of your students may have a different degree of disability, and different needs. When working with deaf students, use video materials with subtitles and/or sign language. Use audio materials when work-ing with visually impaired or blind students. Try to create materials in Braille as well. When working with dyslexic students, use materials with large text and a friendly format When working with an autistic child, keep in touch with his parents, they can help identify the learners’ needs. When working with children with other cognitive limitations, adapt the information to their processing capabilities. Familiarize yourself with the principles of Universal Design for Learning (UDL; https://teaching.cor-nell.edu/teaching-resources/designing-your-course/universal-design-learning), apply them in your lessons. |
Includes
- Materials needed:
- 3D model of a monastery (or a selection of detailed drawings of monasteries, cathedrals and castles that can be described and touched )
- Game boards (representing different parts of the monastery) that are raised, so the students can feel them with their fingers
- Game pieces (e.g. small plastic figures, rings) that represent different characters or objects, such as monks, knights, and treasure
- Deck of cards with historical events related to the Middle Ages such as "Building of a Cathedral," "Crusade"
- Writing materials (e.g. Braille writer, note-taking device)
Requirements
- Web Resources :
- https://www.history.com/topics/middle-ages/middle-ages
- https://www.ducksters.com/history/middle_ages_timeline.php
- https://www.newworldencyclopedia.org/entry/Middle_Ages
- (https://www.khanacademy.org/humanities/world-history/medieval-times/european-middle-ages-and-serfdom/v/overview-of-the-middle-ages)
Audience
- Outcomes :
- [Middle Ages]
- [between Roman times and Renaissance. (500 – 1500)]
- 3.1 Bronnen [Sources]
- * Kennis over de Middeleeuwen berust op diverse bronnen zoals gebouwen, voorwerpen, afbeeldingen en teksten.
- [* Knowledge about the Middle Ages is based on various sources such as build-ings, objects, images and texts.]
- 3. 2 Overgangstijd: van Oudheid naar Middeleeuwen (300 - 500)
- [Transition Time: From Antiquity to Middle Ages]
- • Politieke en economische wanorde [Political and Economic Disorder]
- - Door het wegvallen van het Romeins bestuur in het West-Romeinse Rijk on-tstaat een strijd om de macht tussen Germaanse stammen. In grote delen van Europa heerst bestuurlijke en economische chaos.
- - De volksverhuizingen, waarbij allerlei volken in Azië en Europa gedwongen worden een nieuw woongebied te zoeken, dragen bij aan de bestuurlijke en economische wanorde. Steden raken in verval.
- - [ Due to the disappearance of Roman rule in the Western Roman Empire, a struggle for power arises between Germanic tribes. Administrative and eco-nomic chaos reigns in large parts of Europe.]
- - [The migrations, in which all kinds of peoples in Asia and Europe are forced to find new habitats, contribute to the administrative and economic disorder. Cit-ies are falling into disrepair.]
- • Religieuze ontwikkeling: het Christendom [Religious Development: Christianity]
- - kerk is tijdens de volksverhuizingen de enige stabiele factor en bewaarder van
- de schriftelijke cultuur. .
- - [The church is the only stable factor and keeper of the written culture during the migrations.]
- 3.3 Vroege Middeleeuwen (500 - 1000) [Early Middle Ages] • Economische ontwikkeling: op zelfvoorziening gerichte landbouw
- [• Economic development: subsistence agriculture] - De economie in de Middeleeuwen is aanvankelijk een landbouweconomie, grotendeels gebaseerd op zelfvoorziening. Er zijn bedrijven van vrije boeren en landgoederen van grootgrondbezitters die landbouwgrond verpachten aan horige boeren. Op den duur worden grote aantallen vrije boeren horig. - Door ontginningen en door beter gebruik van de grond wordt de land-bouwproductie langzamerhand weer opgevoerd.
- [· The economy in the Middle Ages was initially an agricultural economy, largely based on self-sufficiency. There are farms of free farmers and estates of large landowners who lease agricultural land to serf farmers. In the long run, large numbers of free farmers become serfs.
- · Through reclamation and better use of the land, agricultural production is gradually being increased again.]
- • Politieke ontwikkeling: een koninkrijk op basis van het leen-stelsel
- [• Political development: a kingdom based on the feudal system]
- - De Frankische koningen slagen er vanaf 500 in een groot rijk te vestigen. Invoering van het leenstelsel en een bondge-nootschap met de kerk zijn hierbij van grote betekenis geweest. Na ±900 verbrokkelt dit rijk weer.
- - Tussen 800 en 1000 vinden de tochten der Noormannen plaats. Deze tochten zijn een late vorm van de volksverhuizingen.
- [· The Frankish kings succeeded in establishing a large empire from 500 onwards. The introduction of the feudal system and an alliance with the church were of great importance in this respect. After ±900 this kingdom crumbles again.
- · Between 800 and 1000 the Normans' expeditions take place. These journeys are a late form of the population movements.]
- • Religieuze ontwikkeling: verbreiding van Christendom en Islam
- [• Religious Development: Spreading Christianity and Islam]
- - Christenen stichten in Europa steeds meer kerkgebouwen en kloosters. Ze verbreiden het christendom onder de heidenen. De kloosters verwerven veel grond.
- - De kerk sluit een verbond met de Frankische koningen. Ze kan op deze manier beter het geloof verbreiden en haar (grond)bezit beschermen. Terwijl het christendom zich verspreidt in grote delen van Europa, verspreidt de Islam zich in het Midden-Oosten, Noord-Afrika en Spanje.
- [· Christians in Europe are establishing more and more church build-ings and monasteries. They spread Christianity among the Gentiles. The monasteries acquire a lot of land.
- · The church enters into an alliance with the Frankish kings. In this way she can better spread the faith and protect her (land) property. While Christianity spreads in large parts of Europe, Islam spreads in the Middle East, North Africa and Spain.]
- 4 Late Middeleeuwen (1000 - 1500) [Late Middle Ages]
- • Economische ontwikkeling: handel en opkomst van steden
- [Economic Development: Trade and Emergence of Cities]
- - Ontginning en betere productiemethoden in de landbouw leiden tot forse toename van de voedselproductie, waardoor bevolkingsgroei en handel worden bevorderd.
- - De adel profiteert van de toegenomen welvaart. Kastelen worden uitgebouwd en legers versterkt.
- - De toename van de handel is een stimulans voor het ontstaan van steden en het op gang komen van een geldeconomie.
- - Branden en epidemieën zijn reële gevaren voor de inwoners van een stad.
- [ - Cultivation and better production methods in agriculture lead to a sharp increase in food production, resulting in population growth and trade are promoted.
- - The nobility benefits from the increased prosperity. Castles are expanded and armies strengthened.
- - The increase in trade is a stimulus for the emergence of cities and the emergence of a money economy. - Fires and epidemics are real dangers for the inhabitants of a city.]
- • Politieke ontwikkelingen: staatsvorming en stadsbestuur
- [Political Developments: State Formation and City Governance]
- - Vorsten gebruiken de rijkdommen van de steden om hun centrale gezag te ver-sterken. Ze nemen van belastinggelden ambtenaren in dienst voor het bestuur van hun rijk.
- - De steden krijgen in ruil voor geld van de vorst rechten op het voeren van een eigen bestuur. Zo ontstaat naast de geestelijkheid, de adel en de boeren, een vierde stand: de burgers.
- [- Princes use the wealth of the cities to strengthen their central authority. They use tax money to hire officials for the administration of their empire.
- - In exchange for money from the monarch, the cities receive rights to conduct their own administration. Thus, in addition to the clergy, the nobility and the peasants, a fourth estate was created: the citizens.]
- • Ontwikkelingen op het gebied van religie, kunst en onderwijs: invloed van de kerk op het dagelijks leven.
- [ Developments in Religion, Art and Education: Influence of the Church on Daily Life.]
- - In de steden worden de prachtigste kerken gebouwd; mede daardoor komen nijverheid en kunst tot bloei. De wereldlijke bouwkunst krijgt een impuls aan het hof en in de steden.
- - De kerk heeft een overheersende invloed op de leefwijze van haar gelovigen. Dit blijkt uit de talrijke kerkelijke feesten, uit de kruistochten en uit haar belangrijke rol bij de scholing van de bevolking.
- [- In the cities the most beautiful churches are built; partly because of this, industry and art flourish. Secular architecture is given impetus at court and in the cities.
- - The Church has a predominant influence on the way of life of its faithful. This is evident from the numerous religious festivals, from the crusades and from its important role in the education of the population.]
- • Overgang van middeleeuwen naar nieuwe tijd
- [Transition from Middle Ages to Modern Times] - Aan het eind van de Middeleeuwen bepaalt de kerk niet meer volledig het denken en doen. Mensen gaan meer op eigen kracht vertrouwen en nemen zelf beslissingen. Dat leidt tot veranderingen op het gebied van economie, religie en kunst.
- [- At the end of the Middle Ages, the church no longer completely determines how people think and act. People start to rely more on their own strength and make their own decisions. This leads to changes in the fields of economy, religion and art.]
- • Politieke organisatie [Political Organisation] - Aan het eind van de Middeleeuwen eist de vorst geld van de steden. De steden krijgen in ruil hiervoor privileges, waardoor hun macht zich uitbreidt. Als eisen te hoog worden en de rechten van de steden worden ingeperkt, ontstaan spanningen tussen vorst en steden. - Een huurleger maakt de vorst minder afhankelijk van de militaire hulp van de adel. De macht van de adel wordt daardoor ingeperkt. Dit geeft spanningen tussen vorst en adel.
- [- At the end of the Middle Ages, the monarch demands money from the cities. In return, the cities receive privileges, which expand their power. When demands become too high and the rights of the cities are curtailed, tensions arise between monarch and cities.
- - A mercenary army makes the monarch less dependent on military aid from the nobility. This limits the power of the nobility. This causes tensions between monarch and nobility.
What Will I Learn?
- Tijd van monniken en ridders
Reviews
Related Courses
- Lessons : 3
- Duration : 1 hrs
- Level : All Level
- Maximum Students : 100